Dag 38, maandag 9 maart
Door: Laszlo
Blijf op de hoogte en volg Laszlo
15 Maart 2009 | Nieuw Zeeland, Napier
In Waihau Bay heb ik nog wat gegeten en gedronken. Een van de klanten aldaar zei me dat het vanaf Hick's Bay een stuk gemakkelijker zou worden. " It's all flat from there". Blijkbaar is ze altijd dronken als ze rijdt, of houdt ze de ogen dicht, of een combinatie hiervan (het kan ook zijn dat ze nog nooit verder is geweest dan Waihau Bay). Ik liet haar de stijgingsgrafieken uit de PP zien en dat had ze toch niet gedacht. Het eerste wat je na Hick's Bay te zien krijgt zijn namelijk vier enorme heuvels en daar blijft het bepaald niet bij.
Na Whangaparoa Bay gaat de Pacific Coast Highway helaas landinwaarts. Het landschap blijft echter erg mooi. Schitterend weer, de wind in de rug en trappen maar. Ik dacht terug aan de tochten die ik vroeger maakte met Iwan door het Groninger en Drentse platteland. Ik geloof dat dat al jaren niet meer is gebeurd. Hij zou het hier ook fantastisch vinden. Of zijn knie het hier echter uit zou houden? Onderweg kwam ik nog een koe tegen langs de kant van de weg die me een tijd dom aankeek en toen ik vlak bij was besloot de weg over te steken, onmiddellijk gevolgd door de rest van de familie. Ik kon er nog net tussendoor. Stomme beesten. Tevens heb ik nog een stel paarden de schrik van hun leven bezorgd. Er stonden vier paarden langs de kant van de weg. Ik zag twee motoren voor mij al afremmen, maar daar heb ik natuurlijk helemaal geen tijd voor. Ik fietste dus door. De paarden stonden al in de drafpositie toen de motoren stopten, maar mijn verschijning was net te veel. Ze zetten het op een lopen. In plaats van paardenfluisteraar, blijk ik beter op mijn plaats te zijn als paardenschreeuwer. "Stomme knollen, laat me er gewoon langs en ren terug naar je weiland!". Er bleef echter kennelijk toch een communicatiekloof bestaan, nu het peerdespul kilometers wegbreed voor me uit bleef rennen, tegemoetkomende auto's de berm in jagend. Een scheet zelfs van pure angst in zijn broek (nu ja, bij gebreke van ondergoed kwam het rechtstreeks op de weg terecht). Ik dacht dat paarden zo slim waren. Uiteindelijk kwam aan dit Ben Hur gedoe een einde toen de leider van het stel, een groot wit paard, een stuk gras langs de kant van de weg groot en afgeschermd genoeg achtte om heen te vluchten. Ik heb ze veel plezier gewenst met terugrennen en ging weer verder.
In Hick's Bay eerst maar eens in de dairy nagevraagd of dit het was. Het leek namelijk wel erg klein en wat na die paar huizen zou volgen was een enorme berg. " pretty much", was het antwoord. Ok, dan zal ik hier maar stoppen en die heuvel voor morgen bewaren. Mels place bleek niet echt te worden aangegeven (wat heet: helemaal niet). Ik reed dan ook eerst een heel eind verkeerd richting de haven. Toen het mij zeer onvoorstelbaar leek dat dat de goede weg zou zijn, ben ik maar weer teruggereden en ben ik een andere weg gevolgd, een dirtroad die uiteindelijk de goede bleek te zijn. Bij het hek stond een bord " beware of the dog". Toen de Duitse herdershond mij zag keerde hij schrijlings op zijn schreden terug. Het bleek een bange, oude lieverd te zijn. Ik werd ontvangen door Joe, die zichzelf gelukkig mag prijzen met zijn stukje aarde, gelegen aan het einde van een schiereiland. Schitterende vergezichten, een strand links en rechts, rotsen recht vooruit, een prachtige tuin met een heuvel aan het einde met weids uitzicht over de omgeving. Voor ik ging douchen eerst nog even naar het dorp om nog wat spullen te kopen. De winkel bleef namelijk niet al te lang open. Veel was er ook niet te koop, maar iets is beter dan niets. Er lijkt in deze contreien niet echt nagedacht te worden door de afdeling inkoop. Ik vrees dat ik nu toch echt toast met kaas moet eten, afgewisseld met witte bonen in tomatensaus (dat hebben ze hier dan weer wel).
Naast mij waren er nog een Engelse jongen, Sam en twee Duitse meisjes, waarvan ik de naam niet heb meegekregen. Een kwam uit München en communiceerde voornamelijk met keel/gromgeluiden en de ander uit Frankfurt. Deze laatste zou geschiedenis en biologie gaan studeren en daar iets interessants mee gaan doen. Verder waren ze nogal op zichzelf. Sam werkte voor de filmindustrie en bleek tevens goed in het maken van Curies. Toen ik hem vertelde over mijn magere avondeten had hij gelukkig genoeg
spullen bij zich om curie voor ons allebei te maken. Gelukkig had ik twee potjes bier gekocht, daar kon hij dan ook weer van meeprofiteren. Terwijl Sam aan het koken was ben ik de heuvel opgegaan om van het uitzicht te genieten (ja, zo hebben we allemaal onze taak). De golven aan het strand links waren prachtig. De zon stond al laag en streek de golven met een gouden gloed. Telkens wanneer de golf omsloeg blies de wind het water aan de top weer terug, als een soort van douchestraal, wat in combinatie met de zon een prachtig gezicht gaf. De voortrollende golf, de gouden douche er bovenop, er zijn minder mooie dingen om naar te kijken. Voorts waren er twee zeer brutale katten en nog een andere hond, een labrador, die ook al niet erg gevaarlijk bleek. De enige manier om de katten van de tafel weg te krijgen was ze op te sluiten in een omgekeerde mand. Toen de labrador daar op af kwam ging het er even heftig aan toe, met de katten niet veel later boven op de paal voor de waslijn, maar toen was het eten gelukkig al bijna op. Wat ook op was, was het gas voor de douche. Ik heb dat dan ook maar achterwege gelaten. Een beetje koud douchen is prima, maar niet ijskoud.
De dames waren al gaan slapen, ook al was het nog maar 21.00 uur. Ze wilden morgen aan de East Cape de zonsopgang zien. Volgens de kiwi's de eerste zon op aarde, maar volgens mij zou dat ergens in Kamtsjatka moeten zijn. Nou ja, pakt u de atlas er even bij en bestudeert u het verloop van de internationale datumgrens. Ook Sam wilde de zonsopgang gaan bekijken. Dat leek mij ook wel een leuke ervaring. Met de fiets is het geen doen (zwaar bergop over 20 kilometer dirtroad, in alle vroegte in het donker) dus vroeg ik Sam of ik met hem mee kon rijden. Dat vond hij prima. Probleem was dat geen van ons wist wanneer de zon op zou gaan, vandaar dat we maar een belachelijk vroeg tijdstip kozen om wakker te worden: 03.45 uur, onder het motto: beter twee uur te vroeg dan vijf minuten te laat.
Gefietst: 72 kilometer
Uitgegeven: 81,30 (eten en drinken 51,30; slapen 30,-)
-
17 April 2009 - 14:38
Bert Vader Iwan:
Ik volg je. Niet echt maar wel je verhalen. Vind het fijn en prettig om je belevenissen te lezen. Vind het knap van jou dat je ook zonder vrouwelijke zorg een echte kerel kunt zijn. Houden zo dus. Vrouwen zijn als ijzer. Maar roest is sterker. Er blijft geen ijzer over met de duur.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley